Er zijn zo van die verhalen die blijven hangen… Zoals het verhaal van een Belgische wijnbouwer die ergens in Henegouwen op een bijzondere manier dezelfde kwaliteitsvolle grond ontdekt als in de Franse Champagnestreek en daar vervolgens een partnership aangaat met de eigenaar van die grond. Het begin van een succesverhaal waarin de hoofdstukken elkaar snel opvolgen: de productie van een schuimwijn die in diverse wedstrijden de ‘echte’ champagnes de loef afsteekt, uitbreidingen die de opstart van diverse nieuwe activiteiten mogelijk maken én deze zomer de opening van een exclusieve brasserie – middenin de wijngaarden – om heel wat lekkers te proeven onder een IKO Atelia circulaire dakopbouw.
Het verhaal begon toen de geboren Ninovenaar Filip Remue, die in het Franse Reims samen met zijn Franse vrouw al enkele jaren een eigen champagnedomein bezat (Remue-Gaspard), besloot om uit te breiden. Hij stelde echter vast dat de landbouwgrond in en rond Reims peperduur werd en zocht daarom – zoals velen van zijn collega’s – uitbreiding in het buitenland. En waarom dan niet in zijn geboorteland? Om goede champagne te maken, heb je een brede krijtlaag nodig en zodoende heeft Filip Remue twee jaar lang de hele winter door gezocht naar een vergelijkbare grond in België via Google Maps. Tot hij in het Waalse Quévy-le-Grand terecht kwam, waar de grond bijna identiek is aan die in de streek van Reims. De bodem ligt daar vol met witte steentjes en op de satellietbeelden vanuit de ruimte geeft dat één grote witte massa.
Maar in plaats van de grond te verkopen, besloot de familie Belgische landbouwers, de familie Ewbank, zich te verenigen met de wijnbouwer. Zo zag het Domaine du Chant d’Eole het daglicht in 2010. “Een gedurfde gok op dat moment”, geeft CEO Hubert Ewbank toe, “want mousserende wijn die buiten de Champagnestreek wordt gemaakt, mag officieel geen ‘Champagne’ heten. En schuimwijn, tja, dat heeft voor de buitenwereld toch nog altijd het imago van de goedkope variant van Champagne. Tot in 2019, want toen kozen 342 internationale juryleden op het jaarlijkse Concours Mondial voor het eerst in 26 jaar tijd geen Franse Champagne als beste van de 730 ingezonden stalen met mousserende wijnen uit de hele wereld, maar een Belgische schuimwijn… die van ons!”
Beste bubbel ter wereld
De Cuvée Prestige 2014 Brut Blanc de Blancs heeft naast 3 gouden medailles ook de titel van ‘Internationale revelatie van het jaar’ in de wacht gesleept tijdens deze gerenommeerde internationale wedstrijd, die dat jaar in het Zwitserse Aigle georganiseerd werd. De trotse Waalse wijnbouwers lieten daarbij liefst 200 Champagnes en 70 schuimwijnen achter zich.
Wie de wijngaarden bezoekt, hoort de windmolens echt wel zingen en dat gezang was ook de stap naar de naam van het Belgische domein – Chant d’Eole, het gezang van de windmolens.
Dat die windmolens ook een invloed zouden hebben op de smaak van de prijswinnende schuimwijn – zoet, rond en vol mineralen – wordt afgedaan als een verhaaltje. “Het is de kwaliteit van de druiven en van de grond die grotendeels de smaak van onze schuimwijn bepaalt”, benadrukt Hubert, “De windmolens spelen wel een rol in het overwinnen van vorstperiodes, maar dat is het dan ook.” Na het winnen van de Concours Mondial stroomden de extra bestellingen voor de prijswinnende schuimwijn natuurlijk toe, van de VS tot China en Japan, maar de prijswinnende cuvée is wegens de beperkte productie uitverkocht en Chant d’Eole is voorlopig niet bedoeld voor export. Wie zich nu op de wachtlijst zet kan tegen 2027 van de bubbels genieten.
Onzekere oogst met risico’s
“Maar ook al gaan we stilaan naar de 52 ha, we blijven erg af hankelijk van de weersomstandigheden en heel wat externe factoren, terwijl de wijngaarden en het productieproces dagelijks heel wat personeel in beweging houden. En we hebben heel wat verplichtingen naar de banken toe.”, geeft ook Louis Ewbank toe. “Vandaar dat we ook zijn diversifiëren en investeren in een bezoekerscentrum en een brasserie/restaurant, naast onze productie.”
Het state-of-the art en gloednieuwe bezoekerscentrum en de wijnkelders zijn absoluut een bezoek waard en in september opent ook ‘L’impératif d’éole’, het nieuwe restaurant van sterren chef Benoît Neusy zijn deuren, bovenop het wijnhuis, op een dak met een adembenemend uitzicht over de wijngaarden. Maar in het midden van de mooie wijngaarden werd er ook een brasserie opgetrokken, waar bezoekers de bubbels kunnen proeven maar ook lekker kunnen eten.
De brasserie kreeg niet eender welk dak “Aanvankelijk was dit hier een open terras.”, vertelt dakdekker Egon Limbourg van Perfect Toiture uit Henegouwen, die niet enkel hellende en platte daken plaatst, maar bovendien actief is als gerechtsexpert. “Gaandeweg werd er een grote tent over het terras gezet en nadien een houten dakconstructie, maar toen er besloten werd om er een permanente en degelijke degustatieruimte van te maken werden wij ingeschakeld om het gebouw om te toveren tot een mooie en hedendaagse locatie. Zo voorzagen we een vloerbetegeling
met houtlook, zorgden we voor een aangepaste gevelbekleding, maar namen we vooral ook het dak onder handen. Een klein gedeelte van het houten dakgebinte werd behouden, maar het merendeel werd vervangen door nieuwe houten kepers en een nieuwe houten dakvloer, waarop we vervolgens een volledig circulair dakconcept hebben mogen toepassen. Ik werk al jaren met de producten van IKO. Er bestaan op zich weinig slechte producten op de markt, maar de expertise en bereikbaarheid van IKO maken voor mij het verschil. Ik sta ook open voor nieuwe ontwikkelingen. Het leuke is dat het nieuwe Atelia concept van IKO even eenvoudig te plaatsen en te verwerken is als een traditionele dakopbouw, dus zonder extra moeite sla je twee vliegen in
één klap.”
Hubert Ewbank: “Het circulaire concept is een mooie ontwikkeling die helemaal in onze bedrijfsfilosofie past. We zitten hier midden in een mooi natuurgebied, maken een schitterend natuurproduct en ik ga niet zeggen dat we een bio-wijn maken, maar het besproeien van de wijngaarden wordt ook tot een minimum beperkt door het gebruik van andere, innovatieve technieken. Een mooi voorbeeld daarvan is de robot die hier achter ons tussen de wijnranken door rijdt. Momenteel is dat nog met een persoon met afstandsbediening in de buurt, maar het is de bedoeling
dat die machine op termijn helemaal autonoom gaat opereren.”
IKO Atelia
Voor hergebruik moet bitumineuze dakbedekking demontabel aangebracht zijn worden. IKO Atelia werd daarom zo ontworpen dat alle waterdichtingslagen weer losgemaakt kunnen worden van de constructie. Zowel de bitumineuze toplaag, onderlaag als dampremmer van de dakconstructie kunnen, bij het einde van de levensduur van het gebouw, weer teruggenomen worden voor recyclage. Het teruggenomen materiaal vormt dan een volwaardige grondstof voor nieuwe dakmaterialen. De IKO Orion recycling technologie maakt integraal deel uit van het productieproces.
Een groot deel van de IKO atelia bitumenproducten bestaat al voor tenminste 20% uit secundaire grondstoffen. Hun hoogste doel hierbij is een maximale reductie van het gebruik van primaire grondstoffen. IKO garandeert de terugname van de bitumineuze materialen uit de IKO Atelia daken met een terugnamecertificaat: op voorwaarde dat de dakconstructie op de juiste wijze geplaatst en onderhouden werd, garandeert IKO de terugname en het hergebruik van de bitumineuze Atelia-producten.
Een ander uitgangspunt voor IKO was dat materialen zo lang mogelijk in gebruik moeten kunnen blijven voordat ze teruggaan naar de fabriek voor recyclage. Daarom werd er gekozen
voor producten met een hoge levensverwachting. Bitumen blijft 35 tot 40 jaar waterdicht; door het dak twee keer te overlagen kan de levensduur van een bitumineus dak verlengd worden tot honderd jaar. Maar ook isolatieplaat IKO Atelia behoudt zijn uitstekende eigenschappen als vochtwerendheid en drukvastheid tijdens de levensduur van het gebouw en kan daardoor na demontage opnieuw gebruikt worden. De IKO enertherm Atelia isolatieplaat is overigens de eerste hoogrendements PIR-isolatieplaat uit het IKO enertherm gamma met een lage lambda-waarde van 21 (λD: 0,021 W/(m.K). De isolatieplaat heeft dus een hogere isolatiewaarde, waardoor er minder grondstoffen voor nodig zijn.
Circulaire dakopbouw in beperkt tijdbestek
“Het dak werd opgebouwd op een draagstructuur van 600m² houten latten.”, legt Egon uit. “Daarop kwam dan om te beginnen een dampscherm van het type IKO base P3 T/F Atelia 10 m, mechanisch bevestigd met nagels met brede kop. De IKO enertherm Atelia isolatieplaat met een dikte van 115 mm werd eveneens mechanisch bevestigd met zwarte en recycleerbare PP (polypropyleen) bevestigers. Als onderlaag werd er gebruik gemaakt van het bitumineus membraan IKO base P3 T/F Atelia 10m, eveneens aangebracht met zwarte polypropyleen bevestigers die volledig recycleerbaar zijn. De met witte leischilfer afgewerkte toplaag IKO powergum 4 AW/F 7,5m Atelia werd tenslotte volvlakkig gevlamlast op de onderlaag om het dak af te werken.”
De werken werden uitgevoerd in de maanden mei, juni en juli, in twee verschillende fases. Tijdens de eerste fase werd de voor het publiek zichtbare kant van het dak eerst aangepakt, zodat de bezoekers van het bezoekerscentrum en het hoofdgebouw al een mooi uitzicht hadden op het nieuwe dak, de achterkant werd in een tweede fase afgewerkt. En aangezien de brasserie in het begin van de zomer haar deuren al opende kon er vanaf dat moment enkel maar op de sluitingsdagen maandag en dinsdag worden doorgewerkt. Maar dat belette niet dat de werken mooi volgens planning werden afgerond en dat de brasserie met het witte circulaire dak nu een extra blikvanger is geworden middenin de wijngaarden van het domein waar de beste bubbels ter wereld worden gemaakt.
Bron: Roof Belgium
